Mindfulness is in de afgelopen jaren enorm populair geworden en heeft (jammer genoeg) ook een hype-fase gekend. Mede daardoor zijn er best wel wat misverstanden ontstaan over wat mindfulness wel en niet is.
Laten we eens een aantal misverstanden onder de loep nemen. Ik vind het belangrijk dat je met de juiste verwachtingen de oefeningen doet.
1. Mindfulness draait niet om ‘in het hier en nu’ leven.
Stel jezelf eens de vraag: kan ik ooit ergens anders zijn dan in het hier en nu? Het antwoord is: nee. Je bent altijd in het hier en nu. De vraag is alleen: hoe ben je in het hier en nu en hoe verhoud je jezelf hiertoe?
Zelfs als je overspoeld wordt door moeilijke gevoelens of emoties, of dat je aan het fantaseren of plannen bent, het gebeurt allemaal in het nu. Het nu laat zich niet vastpakken.
‘Zoeken’ naar het hier en nu is een beetje vergelijkbaar met een vis die op zoek is naar water.
2. Mediteren met mindfulness draait niet om ontspanning of bijzondere ervaringen.
Mindfulness draait om het kijken naar de realiteit. Wat voel ik nu? Wat denk ik nu? Geloof ik deze gedachten? Wat gaat er door mij heen? Hoe verhouden al deze gedachtes, gevoelens en sensaties zich tot elkaar?
We observeren het en kijken ernaar, zonder er iets aan te willen veranderen of ontspanning te willen bereiken. We observeren wat er is, zonder oordeel. We klampen niets vast, drukken niets weg en trekken ons er ook niet van terug, ongeacht of datgene wat je voelt of denkt prettig is of onprettig.
Het is goed mogelijk dat je ontspannen wordt van een mindfulness sessie of bijzondere ervaringen krijgt en daar is niets mis mee. Binnen mindfulness zijn dat alleen geen doelen om na te streven. Als je ontspanning of bijzondere ervaringen verwacht, valt het vaak tegen omdat je dan gaat oefening met een bepaalde verwachting.
Als je ontspanning zoekt of wil mediteren om tijdelijk in een andere ‘zijns-ervaring’ te komen, dan zijn daar andere technieken voor die daar beter op inspelen. Zeker, mindfulness bereik je door meditatie, maar niet alle meditatie is (of leidt tot) mindfulness.
3. ‘Niet oordelen’ betekent niet hetzelfde als geen mening hebben of alles goed vinden.
In de oefeningen die we bij mindfulness doen hoor je regelmatig de opdracht ‘kijk ernaar zonder oordeel’. Dat zeggen we zo, omdat we heel vaak automatisch oordelen zonder eerst goed te kijken. Daar mag een beetje ruimte ontstaan, vandaar deze instructie.
Het is dus zeker niet zo dat je alles maar goed moet vinden of nergens meer een mening over mag hebben. In tegendeel, het kan heel goed zijn dat je na een tijdje beoefenen erachter komt dat je heel lang iets gedoogd hebt wat onacceptabel is, waardoor je nu wel je grenzen beter kan aangeven.
Datzelfde geldt ook voor ‘accepteren’. Binnen de oefeningen accepteer je dat het is zoals het nu is als een gegeven feit. Natuurlijk wil dat niet zeggen dat je nooit iets mag veranderen. Ook hier gaat het om de automatische piloot versus een weloverwogen keuze. Als je moeite hebt met het woord accepteren dan kun je ook het woord erkenning gebruiken.
4. Je kan de verwachting hebben dat mindfulness draait om ‘de mind’ maar dat is niet zo.
Uiteindelijk gaat mindfulness om het reflecteren, observeren en waarnemen van de geest en het bewustzijn. Dit reikt veel verder dan alleen ‘het hoofd’ of ‘het verstand’ Observeren en waarnemen is niet hetzelfde als je hoofd leegmaken, stoppen met denken of vervelende gedachten vervangen voor positieve gedachten.
In mindfulness zijn we veel bezig met het lichaam en de ademhaling, pas daarna gaan we de geest verkennen en reflecteren. Met mindfulness zit je dus niet ‘in je hoofd’. Daarbij vind ik het ook goed om op te merken, dat er naar mijn idee ook niet echt een tegenstelling is tussen ‘hoofd versus hart’ en ‘voelen versus denken’. Naar mijn bescheiden inzicht zijn dat variaties van het bewustzijn, die elkaar niet tegenstaan of uitsluiten.
Voorbeeld: je kunt met water een wijnglas en een bierglas vullen. Het water zal zich aanpassen aan de vorm van het glas, maar het is daarmee nog steeds het ‘fenomeen’ water, los van de vorm die het aanneemt. In dit voorbeeld is het water het bewustzijn, en zijn het bierglas en wijnglas ‘hart en hoofd’ of ‘voelen en denken’.
Ik zeg wel eens met een knipoog: volg je hart, maar gebruik ook je verstand. Tegen een seriemoordenaar zeggen dat hij zijn ‘hart’ moet volgen, loopt meestal niet goed af…
5. Mindfulness is niet zweverig
Denk je aan meditatie, dan denk je wellicht al snel aan ontspannende muziekjes, wierrook, speciale kussens en een kalme stem die je rustig laat ademen. Dat alles zorgt ervoor dat ook mindfulness een zweverig imago heeft gekregen.
In de oefeningen is al het bovenstaande niet aan de orde. Het gaat om het observeren van de realiteit zoals die zich aandient zodat je bewust wordt en indien nodig bijpassende actie kan ondernemen. Mindfulness beoefenen is een actief proces, niet passief en kan soms best confronterend zijn. Zoals bij punt twee ook is aangestipt, mindfulness is geen ‘feel-good methode’.
6. Zelfverbetering en/of streven naar geluk is niet het doel van mindfulness
Zoals Edel Maex het verwoord: mindfulness kan je misschien helpen om iets beter te leren leven met de persoon die je nu bent. Dat ben ik met hem eens.
Natuurlijk kan mindfulness leiden naar nieuwe inzichten, maar dat hoeft niet en het is (net als bij ontspanning) op zijn best een prettige bijkomstigheid. Zeker geen doel op zichzelf. Hoe meer je dat nastreeft des te meer je niet kijkt naar de realiteit zoals deze nu is.
Ergens klinkt dat tegenstrijdig, immers ben je op zoek naar een manier om beter om te leren gaan met stress, piekeren, moeilijke emoties, pijn etc. Toch is ‘doen door niet doen’ het in veel gevallen het meest effectief. Zonder verwachtingen over het eindresultaat bereik je meestal het meest.
7. Mindfulness is geen bijzondere staat van zijn
Omdat de boeddha na 40 dagen mediteren verlichting bereikte (en mindfulness via vipassana een oorsprong kent in het boeddhisme) wordt nog wel eens gedacht dat het beoefenen van mindfulness je op een ander bewustzijn brengt waar ‘niet-beoefenaars’ niet komen.
Mindfulness is geen bijzondere realiteit ‘achter’ de werkelijkheid, die zou leiden tot verlichting (wat dat ook mag zijn) of eeuwig geluk. De alledaagse werkelijkheid is wat ertoe doet.
8. Mindfulness is niet egoïstisch
Zoals met zoveel zaken kun je ook mindfulness inzetten op verschillende manieren. Heel ‘ikkig’ / zelf gecentreerd, maar ook heel compassievol en in waardigheid voor de ander.
In sommige situaties moet je eerst voor jezelf zorgen (zoals in een vliegtuig waar de zuurstofmaskers naar beneden komen) en in andere situaties kan het heel heilzaam zijn om (tijdelijk) je eigen beslommeringen te parkeren ten bate van hulp en compassie aan de ander.
Met mindfulness zorg je dus goed voor jezelf en daarmee tegelijkertijd ook voor de mensen om je heen. Het trainen met mindfulness kan je ook zien als het goed laten samenwerken van een orkest. Hoe professioneel de muzikanten ook zijn, ze stemmen altijd hun instrument voordat ze gaan spelen, en zonder dirigent wordt het al snel een zooitje. Mindfulness kan je ook zien als de dirigent met de baton.